maandag 20 juli 2015

De Biënnale van Venetië in een paar gedachten. De magie van de massa.


De magie van de massa

Indrukwekkend, dat is het minste wat je kan zeggen van Ibrahim Mahama’s installatie in de ‘Troncone’ van het Arsenale. De hoge muren van deze doorgang zijn volledig bedekt met jute zakken, wat de architectuur plots zeer voelbaar maakt. Ook conceptueel zit het snor. De Ghanese kunstenaar werkte samen met lokale handelaars om die zakken te verzamelen, die uit Zuid-Oost Azië worden geïmporteerd. Iedere zak draagt de namen van de personen die er zich van bediend hebben en wordt zo een symbool van hun persoonlijk verhaal. Doet denken aan de installaties van Ai Wei Wei waar krukjes elk een Chinees vertegenwoordigen, bijvoorbeeld. Mahama wil de aandacht trekken op de veranderde status van de marktplaats. Het ruilen van goederen heeft plaats gemaakt voor sociale ongelijkheid en uitbuiting. Zeiden we al dat dit een geëngageerde biënnale was?


 

In dezelfde trend zijn er de bakstenen van Rirkrit Tavanja. De 14 086 bakstenen vertegenwoordigen de hoeveelheid die nodig is om een kleine familiewoning te bouwen in China. Op de Biënnale hebben arbeiders de stenen buiten laten drogen om er dan de slogan ‘Never work’ in te stempelen in Chinese karakters. De slogan komt van een beweging genaamd de Situationisten en wijst op de onbeduidendheid van het vervreemdende daglonerswerk. Je kan zo’n steen kopen voor 10 €, als steun voor de opening van een cultureel centrum (ergens in Azië). Voor drie kilo meer in je koffer en een mooi souvenir van de biënnale, allen naar het Arsenale!



 

Een andere imposante installatie van 10 000 LED-plaatjes is THE PORTRAIT OF SAKIP SABANCI van Kutlug Ataman. Die plaatjes, zo groot als een pasfoto, geven elk een persoon weer die de goede werken ondervonden heeft van zakenman en filantroop Sakip Sabanci. De plaatjes vormen een golvend doek dat boven de hoofden van de bezoekers hangt. Misschien eerder spectaculair dan betekenisvol.

 

Wat soberder maar diepzinniger is het werk van Joana Hadjithomas en Khalil Joreige. Zij hebben in het Arsenale een muur gevuld met identieke dikke boeken. Elke dag mogen de bezoekers de katernen open snijden van één boek in het Arsenale en één boek in Giardini, Centraal Paviljoen. Deze boeken bevatten één korte beschrijving per pagina, zoals ‘Duizenden katten omringen Adonis’ of ‘Zelfportret in de spiegel met sjaal rond mijn nek, sjaal reikt tot op de grond.’, maar evengoed kunnen het scènes zijn uit de burgeroorlog in Beiroet. Beide kunstenaars zijn Libanees. De beschrijvingen komen van een derde, een fictieve fotograaf van postkaarten, Abdallah Farah. Die maakte ooit honderden rollen film, die hij door materiële problemen tijdens de Libanese burgeroorlog (1975-1991) nooit heeft kunnen ontwikkelen. Het 1312 pagina’s dikke boek bevat de beschrijvingen van Farah van elk van zijn foto’s. Door het ontbreken van beeldmateriaal moet de bezoeker een beroep doen op zijn verbeelding om zich de politieke en sociale evolutie van Libanon voor te stellen. Van donderdag tot zondag doen de kunstenaars ook een performance in de ARENA van Giardini. Het zou gaan om een lezing uit het boek door verschillende personen.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten